De Tweede Kamer heeft besloten te stoppen met interlandelijke adoptie omdat dit niet meer optimaal is voor de bescherming van kinderen. Het is beter als kinderen in hun eigen omgeving kunnen opgroeien.
Staatssecretaris Struycken zegt: “Adoptie roept veel emoties op. Bij het afbouwplan zijn de belangen van iedereen betrokken, vooral die van de kinderen. We zorgen voor duidelijkheid en een zorgvuldige afbouw van interlandelijke adoptie.”
Afbouwtermijn
In zes jaar tijd krijgen de landen waarmee Nederland samenwerkt voldoende gelegenheid om bestaande adoptieprocedures af te ronden. Omdat het nu niet mogelijk is om zorgvuldiger af te bouwen, kunnen vergunninghouders hun toestemming met vijf jaar verlengen. Zo kunnen ze tot 1 mei 2030 adopties blijven voorstellen, waarna de Centrale autoriteit deze taken overneemt.
Aspirant-adoptiefouders
Aspirant-adoptiefouders ontvangen duidelijkheid in deze situatie. Het adoption proces is vaak lang en emotioneel. Zij kunnen hun procedure tijdens de afbouwperiode voortzetten, maar het is belangrijk dat zij zich realiseren dat de kans op een succesvolle adoptie klein is, vooral voor degenen die nog aan het begin van dit proces staan.
Vervolgproces
Door het stopzetten van interlandelijke adoptie moet de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie (Wobka) worden aangepast. Deze nieuwe wet moet aan het einde van de afbouwtermijn gereed zijn en zorgt ervoor dat adoptiedossiers zorgvuldig worden overgedragen aan het Nationaal Archief. Gedurende de afbouwperiode houden de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en het ministerie van Justitie en Veiligheid de kwaliteit in de gaten. Ook na 2030 is er aandacht voor ondersteuning van adoptiefouders en geadopteerden.