De NVWA heeft dit najaar bruinrot ontdekt in vier pootgoedpartijen. Het onderzoek loopt nog om de oorsprong en verspreiding te achterhalen. Oppervlaktewater is mogelijk de bron van deze besmettingen.
Bruinrot wordt veroorzaakt door de bacterie Ralstonia solanacearum. Dit is een quarantaine-organisme waarvoor speciale Europese regels gelden. Sinds juli 2022 zijn er nieuwe regels van kracht zoals vastgelegd in de Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1193. Dit houdt in dat aardappelen na de oogst getest worden op bruinrot.
Vier vondsten
Bruinrot is vastgesteld in vier verschillende soorten pootaardappelen. In totaal zijn 22 bedrijven uit meerdere provincies betrokken bij het onderzoek. Oppervlaktewater blijkt een belangrijke risicofactor, vooral na stormen die water kunnen verspreiden naar landbouwpercelen.
Maatregelen
Bij verdenking van besmetting wordt het desbetreffende bedrijf onderzocht. Alle pootgoedpartijen worden monsters genomen. Bij bevestigde besmetting moeten besmette partijen vernietigd worden. Als een partij waarschijnlijk besmet is, verliest deze zijn pootgoedstatus. Er wordt gekeken of pootgoedteelt mogelijk is op de getroffen grond.
Toename vondsten
Dit jaar zijn er meer gevallen van bruinrot dan in eerdere jaren. Veel vondsten zijn terug te leiden naar contact met oppervlaktewater. Daarom geldt er een verbod op beregening van pootgoed om verdere besmetting te voorkomen.
Meer informatie
Lees meer over bruinrot en de maatregelen bij besmettingen.