Na het verlies van de uitzondering op de Nitraatrichtlijn zijn de mestregels aangescherpt. Een deel van de mestproductierechten wordt nu verminderd bij overdracht en boeren gebruiken minder mest. Deze studie toont positieve effecten op het uit- en afspoelen van meststoffen en de uitstoot van stikstof (ammoniak) en broeikasgassen.
De Tweede Kamer heeft een motie aangenomen om het PBL te vragen de effecten van deze wijzigingen op waterkwaliteit, stikstofemissies en broeikasgassen te analyseren. Ook werd gevraagd om alternatieve maatregelen als de doelen niet haalbaar zijn. Deze analyse bundelt bevindingen uit recente studies.
De wijzigingen in de Meststoffenwet maken deel uit van een breder pakket maatregelen die Nederland heeft genomen. Ze hebben een positief effect op de waterkwaliteit en de uitstoot van ammoniak en broeikasgassen uit de landbouw. Ondanks verbeteringen blijft in sommige gebieden het nitraatgehalte in het grondwater hoog. Verwacht wordt dat de ammoniakuitstoot door deze maatregelen met 19% daalt tegen 2030, en de broeikasgassen met 12%.
Extra beleid is nodig, vooral op zandgronden en langs wateren, om de landbouwuitspoeling te verminderen. Gerichte maatregelen kunnen de effectiviteit verhogen, maar maken het mestbeleid complexer. Een ruimtelijke aanpak van grondgebruik kan ook helpen doelen te bereiken.
De onderstaande figuur toont de belangrijkste verbanden tussen mestproductie, gebruik en emissies. Het benadrukt factoren die deze emissies beïnvloeden, zoals de hoeveelheid en het type mest en landbouwsystemen.