NWO heeft vier onderzoeksprojecten gefinancierd binnen de NGF-Call AiNed ELSA Labs. Artificiële Intelligentie (AI) ontwikkelt zich in razendsnel tempo en brengt wereldwijd ingrijpende veranderingen teweeg. Dit leidt tot uiteenlopende ethische (E), juridische (L), maatschappelijke en economische (S) vraagstukken (A). Verantwoorde AI-ontwikkeling vereist niet alleen technologische vooruitgang, maar ook maatschappelijke inbedding en het benutten van economische kansen. De vier toegewezen projecten richten zich op het aanpakken van deze uitdagingen.
De vier toegewezen projecten gaan over verschillende AI-toepassingen. Ze variëren van de adaptie van AI in de technische industrie en mobiliteit tot de juridische, ethische en maatschappelijke gevolgen van AI in de gezondheidszorg. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar de meerwaarde van AI, maar ook naar de uitdagingen. Elk project richt zich op het ontwikkelen van verantwoorde en eerlijke AI-oplossingen.
Doel van de Call
Het doel van de Call AiNed ELSA Labs is het verwerven van kennis en inzichten die bijdragen aan methoden, technieken en tools voor het realiseren van mensgerichte AI. Met mensgerichte AI wordt hier bedoeld: AI in dienst van de mens en het algemeen belang.
De AiNed ELSA Labs richten zich op onderzoek aan de hand van specifieke publieke en/of private casussen in de vier gekozen toepassingsgebieden waarvan de bevindingen bijdragen aan het hierboven genoemde doel. In het projectvoorstel voor een ELSA Lab komt naar voren dat de ELSA aspecten en technologie in samenhang worden bestudeerd, dat er AI plaatsvindt op basis van publieke waarden en mensenrechten en er worden kaders en richtlijnen voor de ontwikkeling van mensgerichte AI getoetst en (door)ontwikkeld.
De toegewezen projecten:
ELSA Lab for Technical Industry
Hoofdaanvrager: Ming Cao (Rijksuniversiteit Groningen)
Technisch Projectleider: Rainer Harms (Universiteit Twente)
Dit project richt zich op de ethische, juridische, sociale en economische (ELSA) uitdagingen van AI-adaptatie in de technische industrie. Het voornaamste probleem is de trage invoering van AI in de Nederlandse technische industrie, vooral bij mkb-bedrijven. Als dit zo doorgaat, kan het de mondiale concurrentiepositie van de sector schaden, ongelijkheden vergroten tussen bedrijven die AI omarmen en degenen die dat niet doen, en zorgen voor scheefgroei op de arbeidsmarkt. Daarnaast kan het de nationale industriële onafhankelijkheid ondermijnen en belangrijke kansen missen om bij te dragen aan de wereldwijde duurzaamheidsdoelen.