In 2024 lag de gemiddelde hoeveelheid nitraat in het bovenste grondwater onder derogatiebedrijven ruim onder de Europese norm. Dit komt vooral omdat er in 2023 en 2024 veel neerslag viel, waardoor er meer nitraat in de bodem werd afgebroken en met water vermengd. Dat blijkt uit de jaarlijkse metingen van het RIVM op 300 agrarische bedrijven die gebruik maken van derogatie.
Door de afwisseling van zeer droge en zeer natte jaren, schommelen de nitraatgehaltes onder de bedrijven de laatste jaren sterk. Sinds 2017 is er nog nauwelijks verbetering van de grondwaterkwaliteit. In sommige regio’s blijft de hoeveelheid nitraat in het grondwater structureel te hoog. Inzet op verbetering van de grondwaterkwaliteit blijft daarom ook op derogatiebedrijven nodig.
Wat is derogatie?
Sinds 2006 mogen sommige landbouwbedrijven in Nederland meer dierlijke mest op hun land gebruiken dan de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Het gaat om melkveebedrijven met veel grasland, omdat gras nitraat makkelijk afbreekt. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Social & Economic Research onderzoeken elk jaar bij 300 dezelfde derogatiebedrijven hoeveel mest deze bedrijven gebruiken en hoeveel nitraat er in het grondwater zit. De huidige regeling stopt dit jaar.
Afwisseling droge en natte jaren zorgt voor schommelingen
De lage hoeveelheid nitraat in het grondwater komt omdat er in 2023 en 2024 meer neerslag viel dan gemiddeld. Als het grondwater hoog staat, wordt er meer nitraat in de bodem afgebroken en met meer water vermengd. De hoeveelheid nitraat in het grondwater is dan lager. Van 2018 tot en met 2020 was het droog, omdat het minder regende. In die jaren brak er juist minder nitraat in de bodem af en werd de hoeveelheid nitraat in het grondwater hoger. Ook 2025 is tot nu toe een droog jaar. Mogelijk heeft dat effect op de waterkwaliteit.
Geen verbetering op langere termijn
Tussen 2006 en 2017 was er een duidelijke daling van de gemiddelde hoeveelheid nitraat in het grondwater onder derogatiebedrijven. Dit kwam bijvoorbeeld door een steeds slimmer gebruik van mest en een hoger percentage grasland. Na 2016 laten de metingen geen duidelijke daling meer zien, maar wel sterke schommelingen door de extremere weeromstandigheden.
Invloed van droogte op waterkwaliteit
Het RIVM bracht eerder dit jaar een onderzoek uit naar de regionale gevolgen van droogte op de kwaliteit van het grondwater in landbouwgebieden. Dat onderzoek liet zien dat er door droogte meer stikstof in de vorm van nitraat in de bodem achterblijft. Dit heeft onder andere met de grondwaterstanden te maken, die dalen als het lang droog is. Als er weinig water in de bodem zit, kunnen bacteriën nitraat minder goed afbreken. Ook nemen planten tijdens droogte minder stikstof op uit de bodem.
Na een droge periode in de zomer, spoelt het opgehoopte nitraat door regen in het najaar naar het grond- of oppervlaktewater weg. Maar als het ook in de herfst en winter te weinig regent, is de grond daar te droog voor. Het duurt dan langer voordat het opgehoopte nitraat uitspoelt naar het grond- of oppervlaktewater. Hoe snel het nitraat uitspoelt na een droge periode, verschilt per grondsoort.