Vanaf 1 januari gelden er nieuwe tarieven voor verschillende producten en diensten van de gemeente, zoals een vergunning, paspoort of huwelijk. Om de kosten van de inflatie te dekken, zijn alle tarieven met 3,69 procent verhoogd. Voor sommige producten bepaalt de Rijksoverheid de legestarieven. Denk hierbij aan de leges voor paspoorten en rijbewijzen. Als gemeente nemen we de tarieven van het Rijk over.
Voor deze producten en diensten zijn de tarieven naast de indexatie verder gewijzigd:
- Bij het omwisselen van een buitenlands rijbewijs worden de portokosten nu apart vermeld in de legestabel.
- Het tarief voor het bouwtechnische deel van kleinere bouwprojecten stijgt in de eerste schijf van 1,25 naar 2,64 procent.
- Er komt een nieuw tarief voor aanvragen met een uitgebreide procedure bij overige activiteiten.
- Er komt een nieuw tarief om ondersteunende activiteiten (zoals bij tankstations) mee te nemen binnen 1 omgevingsvergunning.
- De artikelen over het ‘besluit vergunningsvrij’ vervallen. Als een aanvraag toch vergunningsvrij blijkt te zijn, betaalt u geen leges.
- Er komen 2 nieuwe tarieven van € 570,30 voor het wijzigen van een samenwerkingsvorm (zoals VOF, CV of maatschap) bij een exploitatievergunning horeca of alcoholvergunning, wanneer ten minste 1 persoon betrokken blijft.
- Bij ambulante handel vervallen enkele artikelen die door een eerder collegebesluit niet meer van toepassing waren.
Waarom zijn tarieven aangepast?
We verhogen de tarieven om de kosten van het verlenen van een vergunning of het verstrekken van een uittreksel zoveel mogelijk neer te leggen waar ze horen, namelijk bij de aanvrager. Zo hoeven niet alle Amsterdammers eraan mee te betalen. We blijven continu zoeken naar mogelijkheden om efficiënter te werken en zo de kosten te verlagen. We brengen nooit meer kosten in rekening dan we zelf moeten maken om legesproducten en -diensten te leveren. De gemeente maakt dus geen winst op de legestarieven.
