De rechtbank Amsterdam en de Raad van State hebben vragen gesteld aan het Europese Hof die belangrijk zijn voor de rechtszaken over de tijdelijke bescherming. Deze rechtszaken worden nu stopgezet totdat het Hof uitspraak doet. Pas na deze uitspraak weten we hoe de Nederlandse rechter hierop reageert en kunnen we verdere stappen zetten.

Dit is afhankelijk van de uitspraak van het Europese Hof en van wat de Nederlandse rechters daarna besluiten. Zodra er meer duidelijkheid is, weten we beter hoe lang de bevriezing aanhoudt en hoe de systemen van de IND en andere instanties moeten worden aangepast.

We zullen later melden hoeveel tijd de bevriezing nog doorloopt en welke stappen er vervolgens genomen worden.

Derdelands die onder de bevriezing vallen, hebben voor 19 december 2024 een brief van de IND ontvangen. De informatie hierover kun je hier vinden: Verblijf niet-Oekraïners met tijdelijke Oekraïense verblijfsvergunning (derdelanders) | IND. Op hun verblijfsbewijzen staat een geldigheid tot 4 maart 2025.

Deze groep behoudt ook de rechten van titel 46 zolang de bevriezing voortduurt.

Gemeenten hoeven tijdens de bevriezing geen acties te ondernemen. Het ministerie zal hen voorzien van nieuwe informatie op basis van de uitspraken van het Hof en de nationale rechters. Voor vragen kun je contact opnemen met het informatiepunt derdelanders: derdelanders.oekraïne@minjenv.nl.

Werkgevers kunnen erop rekenen dat derdelanders met een tijdelijk verblijfsrecht hun werk en uitkeringsrechten behouden totdat het Hof van Justitie een uitspraak doet. Na de uitspraak op 19 december 2024 blijven deze rechten voorlopig bestaan. Ze hebben recht op opvang en voorzieningen en mogen werken volgens de regels die gelden voor ontheemden: Werkvergunning Oekraïense werknemer | UWV.