Werken aan een beter Nederland

Het onderhoud van de Nederlandse infrastructuur, waar we trots op zijn, vereist aanzienlijke inspanningen. De regering zal de komende jaren extra investeren in het onderhoud van wegen, spoorwegen en waterwegen. Rijkswaterstaat en ProRail zullen aanzienlijk meer werk verzetten om dit te realiseren.

Er wordt € 2,5 miljard extra vrijgemaakt voor nationale infrastructuur, met als doel (nieuwe) woonwijken beter bereikbaar te maken. In 2025 zullen concrete plannen worden uitgewerkt om de bereikbaarheid van deze woonwijken te waarborgen.

Minister Barry Madlener (Infrastructuur en Waterstaat) zegt: “Er is een groot tekort aan woningen in Nederland en dit kabinet streeft ernaar om veel nieuwe woningen te bouwen. Het is cruciaal dat deze woningen goed bereikbaar zijn. Daarom stellen we € 2,5 miljard extra beschikbaar voor infrastructuur en bereikbaarheid. Op die manier kunnen bijvoorbeeld wegen worden aangelegd naar nieuwe woonwijken, zodat mensen gemakkelijk boodschappen kunnen doen, familie kunnen bezoeken of naar de sportclub kunnen gaan. Het is van belang dat iedereen zijn of haar bestemming kan bereiken.”

De regering is trots op Schiphol en de connectiviteit met de rest van de wereld, evenals de economische waarde ervan voor Nederland. Er wordt gestreefd naar een balans tussen deze waarde en de geluidshinder die omwonenden rond Schiphol ervaren. Er wordt daarom ingezet op een korte termijn vermindering van 17% en op lange termijn van 20% van de geluidsbelasting. Ook wordt gewerkt aan de verbetering van rechtsbescherming voor omwonenden en regelgeving met behoud van de netwerkkwaliteit van Schiphol. Tevens zal er in 2025 meer duidelijkheid komen over de opening van Lelystad Airport.

Vanaf 1 januari 2027 zal er een gedifferentieerde vliegbelasting op basis van afstand worden ingevoerd. Dit houdt in dat langere afstandsvluchten met een hogere uitstoot zwaarder worden belast. Deze belastingverhoging zal jaarlijks € 248 miljoen opleveren en bij de uitwerking zal worden gekeken naar de effecten op emissies en de netwerkkwaliteit en hubfunctie van Schiphol.

Naar aanleiding van onderzoeksresultaten over de Lelylijn zal de regering eind dit jaar in overleg met de regio besluiten over de verdere aanpak van het project. Daarnaast zal er met de regio gesproken worden over hoe Groningen, Drenthe en Overijssel beter via het spoor met elkaar verbonden kunnen worden op basis van de resultaten van het onderzoek naar de Nedersaksenlijn.

De OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer is ook een prioriteit voor de regering, die dit project verder wil ontwikkelen.

Het kabinet vindt het van belang dat essentiële voorzieningen voor alle Nederlanders goed bereikbaar zijn. Daarom wordt er ingezet op verbetering van het openbaar vervoer in landelijke gebieden. De focus ligt op het behouden van belangrijke busverbindingen tussen dorpskernen en het maken van het openbaar vervoer in heel Nederland betrouwbaar en betaalbaar. Ook wordt er gekeken naar mogelijkheden voor slimme combinaties van OV op afroep, zoals de regiotaxi, met doelgroepenvervoer en deelmobiliteit.

De veiligheid in het openbaar vervoer moet worden vergroot, vooral voor het personeel. Medewerkers worden nog te vaak geconfronteerd met verschillende vormen van geweld en agressie tijdens hun werkzaamheden. Staatssecretaris Chris Jansen zal samen met de OV-sector, het ministerie van Justitie en Veiligheid, decentrale overheden en de politie een plan opstellen en maatregelen op korte termijn identificeren.

Staatssecretaris Chris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat – Openbaar Vervoer en Milieu) zegt: “Veiligheid is essentieel voor goed openbaar vervoer. Medewerkers en reizigers moeten zonder angst op de bus, trein, tram of metro kunnen stappen, en zich ook rond haltes en stations veilig voelen. Ik zal mij inzetten om dit te realiseren en in samenwerking met alle betrokken partijen afspraken maken ter verbetering van de veiligheid.”

Waar mogelijk zal de maximumsnelheid op snelwegen worden verhoogd naar 130 kilometer per uur. Nog dit jaar zal de regering met een Actieagenda Auto komen waarin de invoering van 130 kilometer per uur wordt toegelicht. Ook wordt bekeken welke extra maatregelen nodig zijn om de stijging van het aantal verkeersslachtoffers tegen te gaan.

De regering streeft naar een eerlijke verdeling van belastingen tussen elektrische autos en autos op brandstof. Op deze manier blijft autorijden betaalbaar en wordt het gebruik van elektrische autos gestimuleerd om de afgesproken klimaat- en energiedoelen te behalen. In het eerste kwartaal van 2025 zal een plan worden gepresenteerd voor de herziening van de autobelastingen en het bijbehorende mobiliteitsbeleid.

Er zijn de afgelopen jaren steeds meer elektrische vrachtwagens bijgekomen. Het is van belang dat er voldoende laadinfrastructuur beschikbaar is op bedrijfsterreinen en verzorgingsplaatsen om deze vrachtwagens op te laden. De regering zal de groei van laadinfrastructuur stimuleren en onderzoeken hoe verzorgingsplaatsen kunnen worden aangepast aan de toenemende vraag.

Het toegankelijk houden van binnensteden voor ondernemers en (publieke) dienstverleners is van cruciaal belang. Daarom wordt er gekeken naar de mogelijkheid om de invoering van zero-emissiezones voor stadslogistiek uit te stellen, onder andere om uitzonderingen voor bijvoorbeeld ondernemers landelijk te regelen. Aan het eind van 2024 zal de regering hierover afspraken maken met betrokken partijen die worden vastgelegd in een nieuw convenant.

Nederland moet zich beter voorbereiden op droge zomers. Daarom wil de regering in kaart brengen waar waterbeschikbaarheid in warme zomers een probleem kan vormen. Daarnaast blijft het van belang om Nederland te beschermen tegen overstromingen. Eind 2025 zullen nieuwe afspraken worden gemaakt over de aanpak van dijkversterkingen om deze tijdig en effectief uit te voeren. Ook wordt het vernieuwde programma Ruimte voor de Rivier gelanceerd met maatregelen tegen het uitslijten van rivierbeddingen en voor het creëren van extra ruimte voor hoge rivierafvoeren.

De regering streeft ernaar de leefomgeving en daarmee de gezondheid van de Nederlandse bevolking te beschermen. In Europa wordt gepleit voor strenge normen voor de uitstoot van schadelijke stoffen, wat tevens zorgt voor een gelijk speelveld voor bedrijven. Op nationaal niveau zullen er afspraken en regelgeving worden gemaakt om ervoor te zorgen dat onze lucht, bodem en water schoon en gezond blijven. Een robuust systeem voor vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) is hiervoor van essentieel belang. Er wordt gewerkt aan de versterking van het VTH-stelsel milieu door de staatssecretaris meer bevoegdheden te geven om zijn verantwoordelijkheid goed uit te voeren. Hiervoor wordt een wetsvoorstel voorbereid.

Circulaire maatregelen dragen bij aan de zekerheid van grondstoffen. Door hergebruik van materialen is er minder behoefte aan nieuwe grondstoffen. Middels het Nationaal Programma Circulaire Economie blijft de regering zich hiervoor inzetten. Daarnaast biedt de circulaire economie kansen voor ondernemers. De regering ondersteunt zowel bestaande als nieuwe bedrijven en versterkt de innovatiekracht van Nederland door te focussen op circulair ontwerp, productie en businessmodellen.