Burgerschapsonderwijs is al verplicht, maar veel scholen zijn onzeker over wat er precies van hen verwacht wordt. Daarom heeft minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs) de eisen voor scholen aangescherpt.

Minister Slob benadrukt dat burgerschap gaat over hoe we als samenleving met respect voor elkaar, democratie, rechtsstaat en vrijheden omgaan. Scholen spelen, naast ouders, een cruciale rol in het aanleren van deze waarden aan jongeren. Scholen hebben de vrijheid om op hun eigen manier invulling te geven aan burgerschapsonderwijs, maar moeten wel voldoen aan een gemeenschappelijke kern die in de wet is vastgelegd, zodat er duidelijkheid is.

De wet vereist dat leerlingen basiskennis opdoen over de kernwaarden van onze democratische rechtsstaat: vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Dit omvat onderwerpen zoals gelijke behandeling, het verbod op discriminatie en de vrijheid van meningsuiting. Daarnaast moet de schoolcultuur in lijn zijn met deze waarden.

Verder stipuleert de wet dat de school een leeromgeving is waar leerlingen kunnen oefenen met vaardigheden die nodig zijn om actief deel te nemen aan de samenleving, zoals luisteren naar elkaars meningen en respectvol reageren. Scholen zijn ontmoetingsplekken voor leerlingen met diverse achtergronden. Ook is het belangrijk dat leerlingen en personeel zich veilig en geaccepteerd voelen op school.

Scholen kunnen voor ondersteuning bij het burgerschapsonderwijs nu al aankloppen bij de PO- en VO-raad en de stichting School en Veiligheid. De beschikbare ondersteuning zal de komende jaren verder worden uitgebreid.