Wetsvoorstel voor toezicht op informeel onderwijs

Staatssecretaris Paul zegt: “Bij sommige organisaties kunnen taallessen of sportlessen echt goed zijn voor kinderen. Maar als er signalen zijn dat leerlingen worden aangemoedigd om te discrimineren of te haten, dan kunnen we nu bijna niets doen. Ik wil dat we in zulke gevallen onderzoek kunnen doen en ingrijpen om kinderen te beschermen. Dit doen we ook op reguliere scholen, dus het is logisch dat we ook buiten die scholen letten op wat er gebeurt.”

Met het wetsvoorstel kunnen mensen vermoedens van verkeerde praktijken melden bij de Inspectie van het Onderwijs. Dit kunnen meldingen zijn van burgers of overheidsinstanties zoals de politie of burgemeester. De inspectie kan alleen controleren als er een redelijk vermoeden is en een adviescommissie daarover uitleg heeft gegeven. Dit betekent dat niet elke melding leidt tot een inspectie. Meestal zullen de meeste instellingen het niet merken. Alleen organisaties met zorgen worden gecontroleerd. Als blijkt dat een instelling de wet overtreedt, kan de minister ingrijpen door bijvoorbeeld lesmateriaal te verbieden of de organisatie te sluiten.

Iedereen kan nu reageren op het wetsvoorstel. Dit kan tot 7 januari 2025. Feedback wordt verwerkt en het voorstel gaat daarna naar de Raad van State. Vervolgens komt het in de Tweede en Eerste Kamer voor behandeling.

Om te zorgen dat mensen die onderwijs geven niet gevaarlijk zijn voor kinderen, moedigt staatssecretaris Paul informele scholen aan om een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) aan te vragen voor hun vrijwilligers.