Minister Keijzer: “We staan als land voor enorme opgaven die vragen om nationale richting en keuzes. Woningbouw, bereikbaarheid, energie, defensie, economie, water, bodem, landbouw en natuur hebben allemaal ruimte nodig. Maar de ruimte is schaars en kunnen we maar een keer goed verdelen. Daarom moeten we nu keuzes maken over onze leefomgeving in de toekomst. Het kabinet heeft de afgelopen periode in balans en samenhang koers gezet. We willen dat Nederland herkenbaar blijft voor haar inwoners, maar niet alles blijft bij het oude. We kunnen immers niet stil blijven staan. Hierbij telt elke regio, want we hebben alle regio’s nodig bij de opgaven in de fysieke leefomgeving. We schuiven problemen niet zonder meer door naar elders of toekomstige generaties en streven naar een rechtvaardige verdeling van de lusten en lasten.”

Nationale keuzes over de inrichting van Nederland vragen om samenhang. Daarom verbinden we onderwerpen die het sterkst met elkaar betrokken zijn. We onderscheiden 4 grote thema’s: Wonen, Werken en Bereikbaarheid, Economie en Energie, Landbouw en Natuur, en Water en Bodem.

VISTA voor wonen, werken en bereikbaarheid

Elke regio heeft eigen kenmerken, opgaven en ambities en daarom wil het Rijk samen met provincies, regio’s en gemeenten werken aan 5 onderscheidende ontwikkelstrategieën voor wonen, werken en bereikbaarheid: versterken, initiëren, stimuleren, transformeren en accommoderen (VISTA). 

We kiezen voor versterken in gebieden die op zichzelf staand minder snel groeien. Hier richten we ons op de ontwikkeling van wonen en werken, passend bij de maat en schaal van de regio, met behoud en ontwikkeling van voorzieningen. Dit geldt bijvoorbeeld voor Zeeland en Friesland. In specifiek Groningen-Assen, Twente en Zuid-Limburg willen we een schaalsprong Initiëren. De aanwezige grote steden, bedrijven, universiteiten en kennisinstellingen bieden daar kansen voor een schaalsprong in economische groei. In gebieden waar de bevolking wel toeneemt, maar de economie een impuls kan gebruiken kiezen we voor Stimuleren. In regio’s als Zwolle en Arnhem-Nijmegen zetten we daarom in op groei van werkgelegenheid. Speciale aandacht is er voor de regio Rotterdam-Den Haag, waar Transformeren de strategie is. Hier liggen grote veranderopgaven in het bestaand stedelijk gebied en in het landschap. We willen deze regio toekomstbestendig maken zodat ze weer in de Europese top mee kan doen. In de meest dynamische metropoolregio’s, zoals Amsterdam en Eindhoven, met een sterke groei van economie en bevolking spreken we van Accommoderen. Deze regio’s blijven motoren van de Nederlandse economie, maar wel in balans met de kwaliteit van de leefomgeving. Hiervoor moeten voorzieningen en infrastructuur meegroeien en is een inzet op betaalbare woningen nodig.

Nieuwe, goed bereikbare woningbouwlocaties

De woningnood is hoog en dit willen we oplossen. Daarom wijzen we 4 nieuwe nationale en 127 regionale grootschalige woningbouwlocaties aan. Daarnaast stimuleren we de ontwikkeling van kleinschalige en middelgrote woningbouwlocaties (waaronder ‘straatje erbij’ en ‘straatje erin’) in gebieden met een beperktere woningbehoefte, aanvullend op de bestaande voorraad. Ook  kan in heel Nederland een wijkje erbij (tot 100 woningen) aansluitend op een bestaande kern gerealiseerd worden, passend in de ruimtelijke context. De grootschalige locaties liggen in en dichtbij bestaand stedelijk gebied en zijn goed ontsloten met auto en openbaar vervoer. Binnen regio’s vormen stedelijke knooppunten van weg en spoor plekken waar wonen, werken en voorzieningen zich concentreren. Zo benutten we bestaande infrastructuur en kunnen we deze efficiënt uitbreiden met nieuwe grootschalige infrastructuur.

Versterken regionale economie en uitbreiden energie-infrastructuur

Voor het versterken van het investeringsklimaat is het nodig om zorgvuldig om te gaan met ruimte voor economie en moeten we vitale bedrijvigheid op bedrijventerreinen behouden. De koers die we inzetten is om de schaarse ruimte voor economische functies maximaal te benutten, te beschermen, strategisch uit te breiden en te compenseren waar nodig. Het verzwaren en uitbreiden van de energie-infrastructuur is een belangrijke randvoorwaarde voor andere ontwikkelingen en heeft dan ook prioriteit. De energie-intensieve clusters, zoals de Rotterdamse haven en Chemelot, wijzen we expliciet aan als ‘van nationaal belang’ in de Ontwerp-Nota ruimte omdat deze essentieel zijn voor onze economische ontwikkeling en voor de energie- en grondstoffentransitie. Met partijen uit deze clusters gaan we werken aan een langetermijnstrategie. Het Rijk wil de komende tijd ook met regio’s werken aan het versterken van de regionale economie en het verder ontwikkelen van het energiesysteem. Naast de ruimte op land is ook de beperkte ruimte op de Noordzee afgewogen om zo goed mogelijk te zorgen voor meer windenergie, scheepvaart en kabels voor energie en data, in goede balans met natuur en visserij. Uiteraard vraagt een sterk Nederland ook om ruimte voor defensie. Ruimte is nodig om te kunnen opleiden en oefenen en voor de huisvesting van personeel en stallen van materieel. De kansen voor versterking van de regionale economie of de natuur willen we actief benutten.

Toekomstbestendige landbouw en robuuste natuur

De Nederlandse landbouw is onmisbaar voor voedselzekerheid, de leefbaarheid van het landelijk gebied en de instandhouding van onze waardevolle cultuurlandschappen. Daarom kiezen we ervoor om zorgvuldig om te gaan met landbouwgrond. Er komt een afwegingskader voor het onttrekken van landbouwgrond, waarbij (mede)overheden eerst naar de mogelijkheden kijken om functies te combineren of naar de mogelijkheid om grond met andere functies beschikbaar te stellen.

Daarnaast is een robuuste en veerkrachtige natuur de basis voor een gezonde en veilige leefomgeving en drinkwatervoorziening. We voldoen aan internationale afspraken voor een robuuste natuur en combineren dit zoveel mogelijk met andere opgaven. De opgaven voor landbouw en natuur verschillen per regio, afhankelijk van lokale omstandigheden. Dat neemt niet weg dat boeren, tuinders en natuurbeheerders als gevolg van klimaatverandering meer rekening moeten houden met het water- en bodemsysteem en het landgebruik daaraan aanpassen.

Er zijn een aantal gebieden waar veel opgaven samenkomen en de vraagstukken extra complex en urgent zijn. In gebieden rond natuurgebieden waar opgaven zoals het verbeteren van waterkwaliteit en het terugdringen van stikstof samenkomen zorgen we voor een balans tussen deze opgaven en de huidige (vaak agrarische) functies. Zo zetten we in op combinatie van functies, zoals agrarisch natuurbeheer en landbouw.

Toekomstbestendig omgaan met water

Nederland leeft al eeuwen met water en dat blijven we doen. Laag-Nederland blijft ook op de lange termijn veilig bewoonbaar. Maar voor waterveiligheid en de zoetwatervoorziening zullen we ons water- en bodemsysteem toekomstbestendig moeten maken. Daarom reserveren we ruimte rond de grote rivieren en de grote wateren, zodat we dijken kunnen verhogen en de zoetwatervoorraad in het IJsselmeer behouden en mogelijk vergroten. Daarnaast krijgen regio’s meer verantwoordelijkheid voor hun eigen zoetwatervoorziening door meer water vast te houden, te bergen en te besparen. Om ons lokaal beter voor te bereiden op extremer weer maken we meer ruimte voor groen en wateropvang.

Vervolgproces

De Ontwerp-Nota Ruimte wordt ter inzage gelegd zodat iedereen erop kan reageren, waarna de definitieve Nota wordt vastgesteld. De definitieve Nota Ruimte is een voor het Rijk – onder de Omgevingswet – bindende nationale omgevingsvisie.