Tot en met 2029 zijn er in de 30 grootste studiesteden en randgemeenten concrete bouwplannen voor 11.600 woningen. Daarbovenop komen voorlopige plannen voor 9600 woningen. In het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting (LAS) is in 2022 afgesproken om in de periode tot 2030 60.000 extra studentenwoningen te realiseren. Afgelopen 3 jaar werden al 15.000 woningen gerealiseerd.

De Rijksoverheid, gemeenten, onderwijsinstellingen, huisvesters, kenniscentrum Kences en studenten blijven binnen het Landelijk Platform Studentenhuisvesting (LPS) onverminderd samenwerken om het tekort aan te pakken.

Het tekort aan studentenwoningen lijkt over de komende jaren langzaam af te nemen. In 2029 loopt het naar verwachting terug naar zo’n 32.500, waar het eerder was ingeschat op 60.000. Het tekort hangt af van de toekomstige vraag naar kamers. Als er meer aanbod is, zullen mogelijk meer studenten uit huis willen. Dit jaar liep het tekort in de 19 grootste studentensteden licht terug omdat er minder studenten waren en minder thuiswonenden op zichzelf wilden wonen.

Minister Keijzer: “Nederland kampt met woningnood en dat geldt zeker ook voor studentenwoningen. Daarom werken we nauw samen binnen het LPS om snel meer woningen te bouwen, zodat iedereen die dat wil op kamers kan. De cijfers over verkoop van particuliere woningen baren mij zorgen. Dit najaar stuur ik een voorstel naar de Tweede Kamer met maatregelen om verhuur aantrekkelijker te maken voor particuliere eigenaren, waaronder de mogelijkheid voor tijdelijke huurcontracten voor alle studenten. Ook roep ik gemeenten op om soepeler om te gaan met aanvragen voor woningdelen, zodat studenten met elkaar kunnen samenwonen.”

Maatregelen

Met het pakket aan wijzigingen aan het woningwaarderingsstelsel (WWS) wordt het voor particuliere verhuurders rendabeler om zelfstandige woonruimte te verhuren. Daarnaast moeten zij weer tijdelijke huurcontracten aan studenten kunnen aanbieden. Met de komst van de Wet betaalbare huur zijn de puntprijzen binnen het woningwaarderingsstelsel voor onzelfstandige woningen (WWSO), dat óók voor de wet al dwingend was, met 25% verhoogd.

Voor een kamer kan dus meer huur worden gevraagd, maar de woning blijft wel betaalbaar voor studenten. Dit moet ervoor zorgen dat eigenaren hun woning blijven verhuren in plaats van deze te verkopen. Particuliere verhuurders worden binnenkort verder geïnformeerd over alle mogelijkheden om kamers te blijven verhuren. Het totale aanbod aan studentenwoningen in de 19 grootste studiesteden bestaat uit 322.400 woningen, waarvan de helft van particuliere eigenaren.

Via de Regeling Huisvesting Aandachtsgroepen (RHA) stelde minister Keijzer eind juni € 30 miljoen extra beschikbaar voor de versnelde realisatie van met name onzelfstandige studentenkamers (met gedeelde voorzieningen als badkamer en woonkamer). Naast nieuwbouw is ook het beter benutten van bestaande bebouwing kansrijk. Daarom wordt woningdelen gestimuleerd en werkt de minister aan een wetswijziging om hospitaverhuur aantrekkelijker te maken.

Het kabinet werkt aan het beheersen van de instroom van internationale studenten. Met een selectiever en gerichter studiemigratiebeleid zijn ook minder studentenkamers nodig. 

Kamermarkt beter toegankelijk voor mbo en hbo

Het LPS is uitgebreid met de MBO Raad, JOBmbo en de Vereniging Hogescholen. De nieuwe leden gaan zich specifiek inzetten voor mbo’ers en hbo’ers. Dat is hard nodig. Vooral mbo-studenten lukt het vaak nog niet om een kamer te vinden.