Op basis van gedegen kennis het boerenbedrijf vernieuwen is cruciaal voor de ontwikkeling naar een toekomstbestendige landbouw en een gezond en groen verdienvermogen van de boer. Aan de vele verstandige beslissingen op het boerenerf gaan vaak net zo veel gesprekken vooraf: met adviseurs, buren en banken. Sommige situaties in een boerenbedrijf zijn uniek en vragen maatwerk, andere beslissingen kun je uitstekend nemen op basis van voorbeelden van dichtbij of verder weg. In beide gevallen mag betrouwbare kennis niet ontbreken. Wanneer deze kennis structureel gedeeld wordt en beschikbaar is voor boeren, kunnen keuzes voor een duurzame toekomst van het boerenbedrijf met meer zekerheid worden gemaakt.
Kennisdelen als kompas
“Kennis is de enige grondstof die groeit in het gebruik”. Deze uitspraak van voormalig wetenschapsminister en natuurkundeprofessor Robbert Dijkgraaf onderstreept het belang van blijven leren en innoveren. Door te investeren in kennis werk je automatisch aan een steeds slimmere toekomst. Pas je deze gedachte toe in de landbouw, dan wordt de kans op duurzame innovaties die de boer in het landelijk gebied helpen bij voedselvoorziening, natuurbehoud én verdienvermogen, alleen maar groter. Het is precies waarom de Provincie Limburg ervoor kiest in kennis te investeren.
Gedeputeerde Jasper Kuntzelaers (Landbouw):
“Willen we een duurzame transitie van de landbouw dan mogen we de kracht van kennisuitwisseling niet onderschatten. De komende jaren zullen bepalend zijn voor de verduurzaming van de landbouw. Bij het maken van duurzame keuzes is het zaak om je goed te blijven oriënteren, nieuwe richtpunten te zoeken en een wijze koers te kiezen. Naast betrouwbare nationale en regionale politiek, kan kennisdeling in de landbouw werken als een uitstekend kompas. Door samen te werken en van elkaar te leren, kunnen boeren en kennisinstellingen gericht inspelen op uitdagingen als klimaatverandering, bodemgezondheid en biodiversiteit. Ik hoop dat deze subsidie gauw wordt gevonden door landbouwers en kennisinstellingen die de handen ineenslaan om samen slimme, duurzame oplossingen te ontwikkelen.”
Samenwerkingsverbanden van minimaal één landbouwer en minimaal één kennisinstelling kunnen van 15 oktober 2025 t/m 6 januari 2026 een aanvraag indienen om kennisuitwisselingsactiviteiten uit te voeren. De subsidie bedraagt minimaal € 50.000,- en maximaal € 100.000,- per aanvraag.