Volgens de eerste gegevens van het CBS steeg het bruto binnenlands product (bbp) in het derde kwartaal van 2024 met 0,8 procent ten opzichte van het voorgaande kwartaal. In het tweede kwartaal was de groei 1,1 procent. Deze stijging komt vooral door meer uitgaven van huishoudens en de overheid.
De consumptie door huishoudens steeg in het derde kwartaal met 0,8 procent. De mensen gaven meer uit aan kleding en woninginrichting. De overheidsuitgaven gingen ook met 0,8 procent omhoog, vooral in zorg en openbaar bestuur. Investeringen in vaste activa stegen met 0,7 procent, met meer investeringen in woningen en machines.
De uitvoer van goederen en diensten steeg met 0,4 procent. De invoer groeide echter met 0,6 procent, waardoor het handelssaldo met 1,0 procent daalde.
Consumptie en investeringen
De investeringen in vaste activa stegen met 0,7 procent, vooral in woningen en machines. De consumptie door huishoudens stijging was 0,8 procent in vergelijking met het tweede kwartaal. Aan zorg en onderwijs werd ook meer uitgegeven door de overheid.
Bijdrage van sectoren
De grootste bijdrage aan de groei kwam van de sector handel, horeca, vervoer en opslag, die met 1,1 procent groeide. Ook de industrie en overheid droegen bij aan de economische groei.
Vergelijking met EU
De economische groei in Nederland was sterker dan in de EU, waar de groei 0,3 procent was. In Frankrijk groeide de economie met 0,4 procent, en in Duitsland en België met 0,2 procent.
Oplopend in vergelijking met vorig jaar
De Nederlandse economie is 1,7 procent groter dan in Q3 2023. De sterkste stijging kwam van de overheids- en huishoudenconsumptie.
Verwachtingen en toekomstige cijfers
Na 45 dagen publiceert het CBS de eerste gegevens over de economie. De volgende berekeningen komen op 24 december. De aanpassingen zijn de afgelopen jaren gemiddeld 0,1 procentpunt geweest.