De bouw van nieuwe huizen, vooral vrijstaande woningen, zorgt voor een sterke doorstroom in de woningmarkt. Wanneer iemand in een nieuw huis trekt, laat diegene vaak een woning achter die dan weer beschikbaar komt voor anderen. Deze verhuisketens eindigen meestal als een woning zonder bewoner blijft, zoals wanneer kinderen uit huis gaan of één ouder in een gescheiden huwelijk blijft wonen.
In 2019 werden er 62.500 nieuwbouwwoningen bewoond opgeleverd. Dit leidde tot 2022 tot nog eens 140.000 extra vrijgekomen woningen via verhuisketens.
Veel verhuizingen door vrijstaande woningen
Verschillende woningtypes zorgen voor verschillende lengtes van verhuisketens. Vrijstaande huizen hebben meestal de langste ketens. Voor elke nieuwe vrijstaande woning in 2019 werden gemiddeld 2,8 extra woningen in de hierop volgende keten vrijgemaakt. Daarentegen hebben appartementen de kortste ketens maar zorgen ze voor de meeste nieuwe woningen. In 2019 werden 23.000 appartementen opgeleverd en kwamen er 47.000 nieuwe woningen vrij door de daaropvolgende verhuisketens. Vrijstaande huizen zorgden voor 8.000 nieuwe woningen en nog eens 22.000 woningen in verhuisketens.
Jonger publiek kiest appartementen
Appartementen worden vaak door jongeren betrokken omdat ze aan het begin van hun wooncarrière staan. 43% van deze nieuwe appartementbewoners was jonger dan 30 jaar. Deze groep zet kortere verhuisketens in gang doordat ze vaak vertrekken uit woningen waar anderen blijven wonen. Bij vrijstaande woningen was slechts 5% van de nieuwe bewoners jonger dan 30. Ketens met vrijstaande huizen telden 3.000 jonge huishoudens, terwijl appartementenketens 18.000 jonge huishoudens betrokken.