Op eind september 2024 ontvingen 404.000 mensen tot de AOW-leeftijd bijstand. Dit is een stijging van 6.000 personen (2%) ten opzichte van vorig jaar. De grootste groei was onder jongeren tot 27 jaar, met een stijging van 3.000 mensen. Cijfers van het CBS tonen aan dat vooral mensen geboren buiten Europa een toename in bijstand ontvingen, met 8.000 extra mensen.
Het is het vijfde kwartaal op rij dat er meer bijstandsontvangers zijn dan een jaar eerder, nadat er daarvoor negen kwartalen lang een daling was.
Jeugd onder de 27 krijgt meer bijstand
In het derde kwartaal van 2024 waren er 40.000 bijstandsontvangers jonger dan 27 jaar, wat 9% meer is dan het jaar ervoor. Dit is de zevende stijging op rij in deze leeftijdsgroep. Bij 27 tot 45-jarigen steeg het aantal bijstandsontvangers met 2.000 naar 136.000.
Bij de 45-plussers bleef het aantal ongeveer gelijk, met 228.000 mensen.
Toename bij mensen uit niet-EU landen
Verbanden tussen geboorteland en bijstandsontvangst zijn zichtbaar. Mensen met een Nederlandse achtergrond zagen een daling van 3.000 bijstandsontvangers, terwijl onder mensen geboren buiten Europa het aantal steeg met 8.000.Kijken we naar specifieke landen, dan zien we dat Syrië met 50.000 bijstandsontvangers de grootste groep is, gevolgd door Marokko (27.000) en Turkije (22.000).
Voor mensen geboren in Nederland is er een daling in bijstandsontvangers, terwijl mensen afkomstig uit de persgroep van buiten Europa toenemen. Dit toont dat verschillende achtergronden en opleidingsniveaus invloed hebben op bijstandsafhankelijkheid.
Bijstand is een belangrijk thema in Nederland, vooral gezien de stijgende cijfers en veranderende demografische samenstelling. Het laat zien dat het sociale vangnet zorg heeft voor een diverse bevolkingsgroep, waarbij jongeren en niet-Europese migranten een grotere rol spelen in de bijstandsstatistieken. Het is essentieel om met deze veranderingen rekening te houden voor beleid en ondersteuning in de toekomst.
