De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) heeft wederom geadviseerd over een vergunningaanvraag van Chemours in Dordrecht. Deze aanvraag gaat over een wijziging in de omgevingsvergunning om meer PFAS in de lucht uit te stoten. Chemours ontdekte zelf dat hun PFAS-uitstoot te hoog was en wil daarom de vergunning aanpassen. De ILT raadt de provincie Zuid-Holland aan geen besluit te nemen zolang er belangrijke informatie ontbreekt.
Chemours zou goed moeten weten aan welke eisen een aanvraag moet voldoen. Toch blijven de aanvragen onvolledig en toont een haastige aanpak. ILT wil dit stoppen en adviseert het bevoegd gezag om strenger te zijn tegen Chemours. Volgens de regelgeving mag Chemours één keer de kans krijgen om ontbrekende informatie aan te vullen. Als de aanvraag dan nog niet volledig is, mag het bevoegd gezag deze buiten behandeling stellen.
In oktober 2024 gaf de inspectie een vergelijkbaar negatief advies over een aanvraag van Chemours voor PFAS-lozingen in het water. Ook toen ontbraken essentiële gegevens over milieugevaren.
Informatie ontbreekt
Bij de huidige aanvraag concludeert de ILT opnieuw dat essentieel materiaal ontbreekt. Er is onvoldoende informatie om de risicos voor omwonenden te beoordelen. Ook laat Chemours niet zien dat ze de beste technieken gebruiken om PFAS-uitstoot te beperken.
Bovendien geeft de aanvraag geen duidelijkheid over de omstandigheden waarin de metingen plaatsvonden. Er is geen uitleg waarom alleen 37 PFAS-verbindingen zijn getest. ILT vindt de voorgestelde emissiegrenzen te hoog en de juridische basis daarvan onduidelijk.
De verantwoordelijkheid voor de definitieve beslissing over deze vergunningaanvraag ligt bij de provincie Zuid-Holland.