64-jarige man veroordeeld voor doxing van een politieagent en opruiing
Op 9 april 2025 vindt er een demonstratie in Uden plaats tegen de komst van een asielzoekerscentrum in de gemeente Maashorst. Als er ongeregeldheden ontstaan, worden zes personen aangehouden. Een 64-jarige man uit Uden wordt een paar dagen later aangehouden. Hij wordt ervan verdacht beelden van een politieagent online te hebben gezet met als doel diens persoonsgegevens te achterhalen (doxing). Ook wordt hij verdacht van opruiing. Vandaag eiste het OM twee maanden gevangenisstraf tegen hem. De rechter legde hem uiteindelijk een fikse taakstraf op.
Vrees aanjagen
De politie start een onderzoek als op de Facebook pagina van de man een foto van een politieagent verschijnt. Daarbij wordt opgeroepen tot het plaatsen van meer foto’s en verdere verspreiding. Op 16 april wordt de man vervolgens aangehouden.
Naar oordeel van het OM blijkt uit het Facebook bericht dat de verdachte het oogmerk had om de politieagent vrees aan te jagen en te hinderen in het uitoefenen van het beroep. Er is sprake van intimiderende berichtgeving op een groot platform. Doordat het bericht is geplaatst binnen de context van de maatschappelijke discussie rond asielzoekerscentra, komt het extra bedreigend over. Het opruiende karakter van het bericht blijkt uit het plaatsen van foto’s in combinatie met opruiende teksten. De politie wordt daarin als crimineel betiteld en de verdachte roept anderen op om meer foto’s van politieagenten te plaatsen.
Bijzondere bescherming
De officier van justitie: ‘Het handelen van verdachte is zeer schadelijk, immoreel en een bedreiging voor onze democratische rechtsstaat. De maatschappij verwacht van politiemedewerkers dat zij optreden, ook in moeilijke en gevaarlijke situaties. Zij verdienen om die reden bijzondere bescherming om te voorkomen dat zij bij de uitoefening van hun functie slachtoffer worden van strafbaar handelen. De intimidatie heeft niet alleen verregaande impact op het slachtoffer, maar ook op collega’s en op de politieorganisatie als geheel.’
Fikse taakstraf
Bij de overweging van een passende straf houdt het OM in deze zaak rekening met de ernst van de feiten, de impact op het slachtoffer en de omgeving, de maatschappelijke gevolgen en het duidelijke signaal dat afgegeven moet worden ter bescherming van de rechtsstaat. Het OM eiste in deze zaak een gevangenisstraf van twee maanden. De politierechter ging voor een groot deel mee in het oordeel van het OM en legde een taakstraf op van 120 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken.