Eis: 20 jaar cel tegen Eritrese mensensmokkelaar

Het Openbaar Ministerie (OM) eist 20 jaar cel tegen een 42-jarige Eritreeër vanwege mensensmokkel van de gruwelijkste soort. De verdachte had volgens het OM een prominente rol in een internationale organisatie die zich bezighoudt met migratiecriminaliteit. Tijdens zijn proces in de rechtbank Overijssel beschrijven getuigen hoe hij hen tijdens hun tocht naar Europa in Libië opsloot en mishandelde. Het zijn ijzingwekkende verklaringen over martelingen, honger en verkrachtingen.

Je hoort dat er in de Sahara heel veel kan gebeuren. Je weet dat je in de zee kunt verdrinken. Je weet dat vrouwen verkracht kunnen worden in Libië. Je weet dat mannen gemarteld worden in Libië. Dat weet je al van tevoren. Maar je hebt een doel en je wilt je doel bereiken en je denkt: Misschien overleef ik dat wel, wat er allemaal eventueel gebeurt en je staat er niet bij stil. Je wilt alleen maar je reis voortzetten”.

Aan het woord is een getuige uit misschien wel de grootste rechtszaak rondom mensensmokkel die ooit in Nederland plaatsvond. De getuige vertelt wat hij op voorhand wist over de reis die hij ging maken vanuit Eritrea naar Europa. Daarbij moeten migranten Libië, een land met een uitgestrekte woestijn doorkruisen migranten als ze Europa willen bereiken over zee. Het is er wetteloos, milities en mensensmokkelaars maken er de dienst uit. Toch wagen veel mensen de gok, en bereizen deze gevaarlijke Centraal Mediterrane Route. Onder hen veel vluchtelingen uit Eritrea, een land met een dictatuur waar mensenrechtenschendingen aan de orde van de dag zijn.

“Zo worden ze in de handen gedreven van mensensmokkelaars en moeten ze grote sommen geld betalen om in Europa te komen, vaak via gevaarlijke routes en transportmiddelen. Vrouwen, mannen en kinderen verdrinken op zee, als ze al tot de ‘gelukkigen’ behoren de zee te bereiken”, aldus de officieren van justitie woensdag in de Zwolse rechtszaal.

Nederland rechtstreeks betrokken

Daar werd ook antwoord gegeven op de vraag waarom deze zaak in Nederland dient. Het OM meent dat de feiten zó ernstig zijn dat geen enkel land zich kan permitteren niets te doen en omdat Nederland bij de gepleegde feiten rechtstreeks betrokken is. Zo worden familieleden van gesmokkelden in Nederland afgeperst. Zij moeten in Nederland betalen voor de doorreis van hun familieleden naar Nederland via contante geldoverdrachten, die via hawala-bankieren terechtkomen bij de smokkelaars.

Het verdienmodel van de criminele organisatie is volgens het OM ook rechtstreeks gekoppeld aan de stelselmatige mishandelingen in de Libische kampen. Immers; geen smokkel zonder betalingen, geen betalingen zonderafpersingen, geen afpersingen zonder toepassing van geweld. Familieleden, vrienden en bekenden in Europa worden onder druk gezet om geld te betalen voor de smokkel van hun geliefden, door hen live aan de telefoon te mishandelen. Getuigen maken dit vrijwel allemaal mee:

“Als je wordt geslagen, zelfs het geluid van de zweep wordt aan de telefoon gehoord. Onbewust ga je schreeuwen. Je gaat alles zeggen wat ze willen. Je zegt tegen je familie ‘jullie moeten voor mij betalen, ik word geslagen, ik heb het moeilijk’. De pijn horen ze ook aan de telefoon.”

Pas wanneer er betaald is mag er doorgereisd worden naar een volgend kamp of via zee naar Europa. ”Het gevolg van de mensensmokkel openbaart zich zo ook in Nederland, want na toegang tot het Schengengebied heeft een migrant toegang tot alle bijbehorende landen. Daarmee ondermijnt de criminele organisatie ook het Nederlandse asielbeleid”, aldus de officieren.

Libische kampen

In de overvolle Libische kampen is nauwelijks water of voedsel, en slechte hygiëne waardoor ziektes en besmettingen ontstaan. Veel verklaringen gaan over het lot van vrouwen, die seksueel mishandeld en verkracht worden. Getuigen beschrijven de verdachte W. als de wreedste van alle smokkelaars op de route.

W. zei tegen haar ‘je gaat voor de derde keer betalen maar ik ga je ook verkrachten. Dat heeft hij in het Arabisch gezegd….toen werd er getoeterd en is zij meegenomen.”

Over een vrouw die weigert met de verdachte mensensmokkelaar mee te gaan verklaart een ander:

Ze hebben haar met elektrische schokken en waterslangen bewerkt. Uiteindelijk hebben ze haar handen en voeten vast gebonden en moest ze de hele dag in de zon zitten. Een andere meid heeft W. ook geslagen en aan handen en voeten vast gebonden omdat ze volgens W. ook van plan was om te vluchten. Ze bleek zes maanden zwanger te zijn en ze heeft een miskraam gehad. W. zat gewoon te lachen en te vernederen. Ze is drie dagen op deze wijze vastgebonden.”

Veel vluchtelingen vertellen hoe om hen heen mensen overlijden aan honger, ziektes en de gevolgen van de mishandelingen. Hun advocaten spreken van ‘verhalen die uit een horrorscript lijken te komen, maar voor cliënten realiteit zijn’. Tijdens het proces maken vier van hen gebruik van hun spreekrecht.

Identificatie verdachte

De man die terecht staat ontkent dat hij de bewuste smokkelaar was. Hij beroept zich tijdens het proces op zijn zwijgrecht. Maar getuigen herkennen hem als de man die hen mishandelde met waterslangen en die hun familieleden afperste. Op grond van onder andere informatie uit Facebookaccounts van de verdachte, herkenningen door getuigen van hem op foto’s (waarop hij deels zichzelf herkent) en resultaten van gezichtsvergelijkend onderzoek door de Koninklijke Marechaussee (KMar) en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) is het OM tot de conclusie gekomen dat het wel degelijk om dezelfde persoon gaat.

Passende straf

Het OM meent dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat de verdachte leiding gaf aan een criminele organisatie met het oogmerk tot het plegen van de misdrijven mensensmokkel, gijzeling, afpersing, geweldsdelicten en seksuele delicten. Voor hem is alleen de maximumstraf die geldt voor dit soort misdrijven passend:

“Hij ontnam de slachtoffers  hun vrijheid en hun waardigheid. Hij hield hen vast in erbarmelijke omstandigheden, hongerde hen uit, martelde hen en onthield hen noodzakelijke medische zorg. Hij heeft ze bloot gesteld aan levensgevaarlijke situaties in de woestijn, in kampen en in overvolle oude en lekke boten op zee, zonder voedsel, brandstof of motor. Tienduizenden mensen hebben hun vlucht op de Centraal Mediterrane Route de afgelopen jaren niet overleefd.”

Langdurig onderzoek

Het strafdossier van onderzoek Pearce, dat het Landelijk Parket samen met de KMar uitvoerde, beslaat ruim 30.000 pagina’s en focust op de periode 2014-2019. Het onderzoek begon in 2018 en er wordt in het kader van een Joint Investigation Team nauw samengewerkt met de Italiaanse autoriteiten. Bovendien is er informatie gedeeld door het ICC ten behoeve van het onderzoek. Naast zo’n 200 getuigenverklaringen leveren telefoongegevens, opgenomen gesprekken, satellietfoto’s, gegevens uit openbare bronnen en financiële transacties het bewijs.

Er zijn in totaal zeven verdachten gedaagd in dit proces. De man die nu terecht staat werd in oktober 2022 door Ethiopië uitgeleverd, waar hij veroordeeld was voor mensensmokkel binnen Afrika. Een tweede hoofdverdachte wordt naar verwachting binnenkort uitgeleverd door de Verenigde Arabische Emiraten (VAE). De overige vijf personen die zijn aangeklaagd zouden betrokken zijn bij de financiële transacties en zullen volgend jaar terecht staan.

De rechtszaak in Zwolle gaat volgende week verder met het pleidooi van de advocaten van de verdachte.