OM eist drie jaar cel tegen verdachte verkrachting op Koningsdag

Vandaag heeft de officier van justitie een celstraf van drie jaar geëist tegen een 28-jarige man uit Italië die ervan verdacht wordt in het centrum van Amsterdam op Koningsdag 2025 op de openbare weg een vrouw te hebben verkracht.

De verkrachting van de 35-jarige vrouw - op de openbare weg tussen twee geparkeerde auto’s - is uitgebreid in het nieuws geweest. Op de dag zelf werden er al veel beelden gedeeld, zowel van de aanloop als van wat er zich tussen die auto’s afspeelde. Wat het Openbaar Ministerie (OM) betreft is op basis van de beelden, de diverse getuigenverklaringen, de bevindingen van de politie ter plaatse én de eerste verklaringen van de verdachte bewezen dat er sprake is geweest van seksueel binnendringen.

Dit alles wordt ondersteund door het sporenonderzoek. Zo is in de zwembroek die de verdachte die dag droeg DNA van het slachtoffer aangetroffen. En in de onderbroek van het slachtoffer is DNA van de verdachte aangetroffen.

Nieuwe zedenwet

De verdachte wordt vervolgd op basis van de nieuwe zedenwetgeving. Waar vroeger dwang bepalend was of iets verkrachting was of niet is dat thans de vrijwilligheid. In de huidige wet is het uitgangpunt omtrent seks ‘dat contact vrijwillig en gelijkwaardig behoort te zijn en dient te berusten op wederzijds goedvinden.’ Overigens benadrukt het OM dat dit feit ook onder de oude wetgeving zou zijn vervolgd.

Geen herinnering

Het slachtoffer herinnert zich niks meer van wat er is gebeurd. De officier van justitie in zijn requisitoir: “Aan de ene kant voelt dat voor haar als een zege, maar aan de andere kant zorgt het voor slapeloze nachten. De frustraties en vraagtekens die er bij haar zijn over hoe het is gegaan vanaf het moment dat zij niets meer weet. Dat ze wakker werd in het ziekenhuis, alleen op straat terecht kwam en zelf haar weg naar de politie heeft moeten vinden.” Het slachtoffer heeft medio mei aangifte gedaan.

Op beelden is te zien dat het slachtoffer onvast ter been was en zwalkend over straat liep. Ook is ze  op de beschikbare beelden als ‘levenloos’ te beschrijven, sommige getuigen omschrijven haar als ‘een lappenpop’.

Eis

De verdachte heeft aanvankelijk verklaard dat ‘hij de liefde heeft bedreven’ en dat er sprake is geweest van penetratie maar later heeft hij gezegd dat hij het niet meer weet. Het slachtoffer herinnert zich niets, maar zegt dit nooit te hebben gewild. De officier van justitie in zijn requisitoir: “Seks mag alleen plaatsvinden bij een wederzijdse positieve wilsuiting. (-) Gelet op de toestand van het slachtoffer was er dus geen sprake van een vrije wil en daarmee ontbreekt volgens de wet ook de wil tot seksuele handelingen.” De officier eiste een celstraf van drie jaar met aftrek van voorarrest.