Het liep uit de hand na de wedstrijd tussen FC Utrecht en Olympique Lyon op 25 september jongstleden. Een groep FC Utrecht supporters beukte tegen de tunneldeuren waar op dat moment de Lyon supporters doorheen liepen het stadion uit. Dit is ten laste gelegd als openlijk geweld tegen goederen. De politie sprak de groep aan, waarna de supporters zich tegen de politie keerden.
Verschillende agenten deden aangifte van mishandeling en openlijk geweld. De politie heeft buiten de vier aangehouden mannen ook andere verdachten in het vizier. De politie beschouwt het toegepaste geweld als diep triest. De verhoudingen met supporters zijn over het algemeen goed. De politie heeft zelfs een speciale supporters begeleiders groep die veel contact heeft met supporters en inzet op verbinding en onderlinge verhoudingen.
Politiemensen van de supporters begeleiders groep geven aan dat zij te maken hebben met een nieuwe, jonge groep supporters die zich niet weten te gedragen. Die zullen de gevolgen moeten dragen. Aangehouden verdachten mogen de komende tijd niet bij wedstrijden van hun club aanwezig zijn.
De drie meerderjarige verdachten zijn na verhoor gedagvaard en in vrijheid gesteld. Zij zullen zich eind januari moeten verantwoorden voor de rechter. Tot die tijd hebben zij van zowel het openbaar ministerie als van de burgemeester Utrecht maatregelen opgelegd gekregen. Zo mogen ze niet aanwezig zijn bij wedstrijden, hebben een meldplicht tijdens de wedstrijd vandaag tegen FC Porto (6 november) en een gebiedsverbod voor het bijwonen van trainingen. De minderjarige zal zich op een later moment bij de Officier van Justitie moeten verantwoorden.
Ook de KNVB kan maatregelen treffen, zoals een stadionverbod.




