Het RIVM deed twee onderzoeken naar hoe onzeker de berekeningen zijn van stikstofdepositie door één bron, bijvoorbeeld een stal, fabriek of autoweg. Deze onderzoeken bevestigen de eerdere schattingen van onzekerheden in het Nederlandse stikstofdepositiemodel OPS Operationele Prioritaire Stoffen (Operationele Prioritaire Stoffen). Ook blijkt dat de  onzekerheden overeenkomen met vergelijkbare (internationale) rekenmodellen. De resultaten, en wat dit betekent voor het gebruik van OPS in beleid, zijn samengevat in een kennisnotitie. Het RIVM adviseert om expliciet rekening te houden met onzekerheden in de onderbouwing van besluiten, bijvoorbeeld bij toestemmingsverlening.  

OPS Operationele Prioritaire Stoffen (Operationele Prioritaire Stoffen) wordt onder andere gebruikt in AERIUS Calculator om te berekenen hoeveel een specifieke activiteit bijdraagt aan de stikstofdepositie op natuurgebieden. Het is belangrijk om inzicht te hebben in de onzekerheden, omdat deze berekeningen een rol kunnen spelen bij vergunningverlening.

Lees meer over onzekerheidsmarges in het stikstofdepositiemodel.

Onderzoeksmethode: vergelijking verschillende modellen en gevoeligheidsanalyse

Om onzekerheden te bepalen worden berekeningen vaak getoetst aan metingen. Maar het meten van de stikstofdepositie van één specifieke bron is ingewikkeld. De depositie op één plek bestaat bijna altijd uit bijdragen van meerdere bronnen. Daarom is in deze onderzoeken gekozen voor een andere aanpak. Een onderzoek vergelijkt het OPS-model met vergelijkbare stikstofdepositiemodellen. Het andere onderzoek bevat een gevoeligheidsanalyse van onderdelen in OPS.

Onzekerheden individuele bronnen

De onderzoeken bevestigen eerdere schattingen, en brengen de onzekerheden in de OPS-berekeningen beter in beeld. De onzekerheid verschilt per bron en afstand. Er is dus niet een getal voor de onzekerheidsmarge van een individuele bron. Een nieuw inzicht uit de gevoeligheidsanalyse is dat de onzekerheid niet per se toeneemt met de afstand tot de bron.

Droge depositie

Een belangrijk onderdeel van OPS is de snelheid waarmee stikstof uit de lucht op de bodem terechtkomt. Dit heet de droge depositiesnelheid. Deze snelheid is lastig te meten en blijkt uit de gevoeligheidsanalyse een belangrijke bron van onzekerheid. Het Nationaal Kennisprogramma Stikstof (NKS) onderzoekt hoe de berekening van de droge depositie verbeterd kan worden. 

Onzekerheid in modellen en bruikbaarheid OPS voor beleid

Onzekerheid in modelberekeningen is onvermijdelijk. De uitkomst is altijd afhankelijk van invoergegevens, aannames en natuurlijke variatie. Maar dat betekent niet dat een berekening willekeurig is, of onbetrouwbaar. De berekeningen zijn namelijk altijd herhaalbaar en gebaseerd op natuurkundige principes. 

De onzekerheden zijn geen reden om de resultaten niet te gebruiken. Uit eerdere onderzoeken bleek dat OPS geschikt is voor landelijke monitoring en trendanalyses. De onzekerheidsmarge is in deze berekeningen 30 procent. Voor de berekening van de bijdrage van een individuele bron zijn de marges groter, maar de uitkomst is de meest waarschijnlijke waarde op basis van actuele wetenschappelijke kennis en cijfers. Het is belangrijk om te onderkennen dat onzekerheden niet volledig kunnen worden weggenomen. Het RIVM adviseert daarom hier expliciet rekening mee te houden in de onderbouwing van besluiten, zowel voor OPS als voor de toepassing in de AERIUS Calculator voor toestemmingverlening. 

Publicatie andere kennisnotities stikstof

Het RIVM publiceert vandaag ook drie andere kennisnotities over stikstof. Eén van deze kennisnotities gaat in op een wetenschappelijke discussie over de betrouwbaarheid van berekeningen van kortdurende projecten, zoals een festival, kleine bouwprojecten of een vreugdevuur. Hieruit blijkt dat de onzekerheid toeneemt naarmate de duur van de projecten korter wordt. Omdat deze toename continu verloopt is er geen wetenschappelijk onderbouwde grens waar de toepasbaarheid van AERIUS ophoudt.