Vanaf januari 2026 gelden nieuwe beveiligingseisen voor bedrijven die opdrachten uitvoeren voor de Rijksoverheid en de politie wanneer daarbij risico’s voor de nationale veiligheid spelen. De Algemene Beveiligingseisen voor Rijksoverheidsopdrachten (ABRO) zorgen voor meer bescherming en meer duidelijkheid bij bedrijven. De ABRO bouwt voort op bestaande beveiligingseisen die door het ministerie van Defensie worden gebruikt.
ABRO zorgt voor bescherming en duidelijkheid
De ABRO zorgt voor gelijke beveiligingseisen voor overheidsopdrachten waarbij gevoelige informatie, kritieke processen of veiligheidsrisico’s een rol spelen.
Het gaat om bescherming tegen dreigingen zoals:
-
(digitale spionage)
-
cyberaanvallen
-
sabotage
-
het lekken van vertrouwelijke gegegevens
Door de uniforme eisen weten bedrijven wat van hen wordt verwacht, ongeacht of de opdracht afkomstig is van een ministerie, een agentschap of de politie.
Wie houdt toezicht op de ABRO?
Het Nationaal Bureau Industrieveiligheid is verantwoordelijk voor de controle op de naleving van de ABRO. Dat is een samenwerkingsverband tussen de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD).
Wanneer wordt de ABRO ingevoerd?
De Rijksoverheid en de politie bereiden zich nu voor op invoering vanaf begin 2026. De verwachting is dat andere overheidsorganisaties die werken met gevoelige opdrachten later zullen aansluiten.
Meer informatie over de ABRO
Een volledig overzicht van de eisen en praktische toelichting staat op Rijksoverheid.nl/ABRO.
- Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Ministerie van Defensie




