Routekaart circulaire laadinfra biedt ondernemers kansen

De samenwerkende partijen maken een routekaart die eind 2025 klaar moet zijn. Daarin staan de stappen om tot een circulaire laadinfrastructuur te komen. De routekaart maakt duidelijk wie wat kan doen en wanneer. 

Circulariteit verkleint afhankelijkheid 

“Een circulaire laadinfrastructuur is een voorwaarde om ook in 2050 uitstootvrij (elektrisch) te kunnen vervoeren én laden”, vertelt Opgavespecialist Claire van der Hulst van RVO, die werkt aan de opgave Verduurzaming Mobiliteit. 

“Het laadsysteem van de toekomst is zo minder afhankelijk van steeds zeldzamer wordende (kritieke) grondstoffen”, vult Richard de Kam aan. Als voorzitter van het productteam dat de routekaart circulaire laadinfra ontwikkelt, licht De Kam toe hoe dat zit: “Als we grondstoffen slim gebruiken en hergebruik en circulariteit in het ontwerp aanmoedigen, maken we de afhankelijkheid van kritieke grondstoffen kleiner. In deze routekaart richten we ons op projecten die de komende jaren al kunnen starten. Concreet dus, om die circulaire 2050 te halen.” 

Kansen voor Nederlandse bedrijven 

“We zien Nederlandse bedrijven met veel kennis en ondernemerschap, wat nodig is om een circulaire laadinfrastructuur te ontwikkelen. Een vroege focus op circulariteit kan meewerken aan een sterke positie van Nederland en Europa in de toekomstige markt voor laadinfrastructuur”, vertelt Claire van der Hulst.

Richard de Kam: “Een uitdaging en een kans is de snelle groei van het aantal laadpunten. Als je deze in een vroege fase al circulair ontwerpt, levert dat veel milieuwinst en kostenbesparing op. Nog een uitdaging die ook kansen biedt, is de jonge, innovatieve laadsector zelf. Daarin veranderen ontwerpen regelmatig. Bijvoorbeeld als er onderdelen voor cybersecurity worden toegevoegd. Als onderdelen niet vervangbaar of software-matig te moderniseren zijn, verkort dit de levensduur van de laadpaal. Maar pas je modulariteit en hergebruik direct al in het ontwerp in, dan biedt dat kansen. Ook nieuwe Europese wetgeving moedigt producenten aan om circulaire laadpalen te ontwikkelen. Denk aan materiaalpaspoorten en de Ecodesign richtlijn.” 

Meedenken over de routekaart 

Een vijfkoppig team werkt aan het eerste plan van de routekaart. Dat bestaat behalve RVO en NKL uit energietechnologiebedrijf Alfen, EV-laadfabrikant Ecotap-Legrand en Cenex Nederland als vertegenwoordiger van EV-branchevereniging DOET. “We maken de routekaart niet alleen achter de tekentafel”, verduidelijkt Van der Hulst. “We doen dit samen met de brede sector en betrokken partijen. Zo leidt het plan tot actie.” 

Namens het productteam is haar uitnodiging dan ook: “Werkt u in de productie van laadpalen of onderdelen, of bent u exploitant van laadinfrastructuur? Dan zijn uw kennis en ervaring onmisbaar voor de routekaart. Wilt u meedenken en -werken aan de routekaart? Dan komen we graag in contact. We nodigen u dan ook uit voor bijeenkomsten die we de komende maanden organiseren.”